Het vinden van een Seychels boek was bijna net zo moeilijk als het vinden van een Comorees boek (en dat wil wat zeggen, want voorlopig is er nog steeds nergens een Engelse vertaling van een Comorese vrouw te bekennen). Pas toen mijn ogen bijna vierkant geworden waren, stuitte ik via Google Books op de collectie Afrikaans Literature, een verzameling papers die gegeven werd op de zevende Conferentie over Zuid-Afrikaanse Literatuur, georganiseerd in het Duitse Bad Boll in 1992. Een van de papers was ‘A Preliminary Checklist of East African Women Writers’, waarin Christine Matzke een overzicht geeft van Engelstalige literatuur van vrouwen uit Oost-Afrikaanse landen. De lijst voor de Seychellen bestond uit slechts één naam: Hazel Mugot.
Mugot (1947) staat eigenlijk bekend als Keniaanse auteur – ze groeide op in Kenia en werkte er na haar studietijd in Engeland en de Verenigde Staten als universitair docent en model – maar vanwege haar verhuizing naar de eilandengroep waar haar moeder vandaan kwam, deelt Matzke haar in bij de Seychellen. Het is een land dat terugkomt in Mugots roman Sega of Seychelles (1983), waarin ze de rol van vrouwen op de archipel beschrijft. Het leek er sterk op dat ik geen vrouwelijke auteur zou vinden die een sterkere band heeft met de Seychellen dan Hazel Mugot.
Omdat Sega of Seychelles onvindbaar leek, las ik het net iets minder onvindbare black night of quiloa (1971), een dunne roman over een onstuimige liefde die al snel verandert in een nachtmerrie. Het boek is kort maar krachtig: het telt nog geen honderd bladzijden en bestaat uit hoofdstukken die vaak niet langer zijn dan enkele pagina’s, maar het vertelt een indrukwekkend verhaal.
Dat verhaal begint op Kilwa Kisiwani, een klein eiland vlak voor de Tanzaniaanse kust dat door de Portugezen omgedoopt werd tot Quiloa. Daar ontmoeten we Hiwa, een jonge vrouw die verloofd is met Abu, maar hoteldebotel verliefd wordt op een vreemdeling met wie ze tijdens een drukke marktdag een blik uitwisselt. Die vreemdeling is Cy, een witte Engelsman wiens ogen ‘at once posessed her’. Een aantal dagen achter elkaar ontmoeten Hiwa en Cy elkaar in het geheim, verborgen door de zwarte nacht van Quiloa. Wanneer Hiwa’s familie en vrienden dat geheim ontdekken, moeten ze aanvankelijk niets van Cy hebben (‘Those like him made slaves of the island people’), maar zijn charmeoffensief is innemend en al snel weet hij iedereen voor zich te winnen. Al na drie maanden trouwt hij met Hima en neemt hij haar mee naar Groot-Brittannië.
Hun verliefdheid is Bouquetreekswaardig. Van Cy’s aanrakingen tot Hiwa’s reacties, hun liefde barst van de clichés: hij ‘trapped her delicate hand in his huge, strong palm’ en ‘picks her up like a feather with his superior strength’, terwijl zij ‘melts with his caresses’. Grote kans dat ik niet verder had gelezen als black night of quiloa geen onderdeel had uitgemaakt van dit project, maar dan had ik niet alleen een beklemmend verhaal, maar ook een bijna poëtische roman gemist.
Mugot heeft een experimentele stijl. Haar beknopte zinnen en spaarzaamheid met werkwoorden laten de grenzen tussen proza en poëzie vervagen. Die schrijfstijl komt goed tot zijn recht wanneer Cy en Hiwa’s kleine kamer in Engeland van een paradijs verandert in een kooi. ‘There was a coldness in this beauty. No brilliant sunshine. Palms. Wild flame flowers. Violent jungles’.
Het schijnt Hiwa toe dat Engeland een door-en-door koud land is, waar mensen levend verzwolgen worden door de mist en de volgende ochtend enkel wakker worden ‘to worship the clock again’. Zeker wanneer de winter aanbreekt, voelt ze zich bij niemand thuis: ‘people here seemed to ice up. Their skin took on the palor of a ghost, a raw and almost repulsive flesh-white look. Even Cy. It did not seem human. Hima had never seen people so dead-white before’. Ze is zich ongemakkelijk bewust van haar zwarte huid, alsof ze op het toneel staat en per ongeluk de verkeerde scène in gelopen is.
Het is net alsof de kou Cy’s liefde ook beïnvloedt, want zijn aanbidding slaat om in haat. ‘He seemed to keep her solely for his pleasure. As if she were a savage with no intelligence’. Haar huid, die hij op Quiloa zo mooi vond, is nu een bron van schaamte. Het schrijnendst is dat zijn haat verandert in haar haat: ‘Once in an awful moment she felt something she had never felt before. Ashamed of her dark skin. A hatred, born of his hate.’
Mugot gebruikt zulke rake beelden en schrijft met zo’n krachtige taal, dat ik de indruk kreeg dat haar eerdere Bouquetreeksclichés opzettelijk waren. Wellicht wilde ze het contrast benadrukken tussen hun uitzinnige verliefdheid en de afschuwelijke narigheid die volgde. Of misschien wilde ze laten zien dat er altijd al iets mis was; dat Cy Hiwa altijd al zag als zijn trofee. Wellicht was er nooit liefde, maar altijd exotisme. Hoe dan ook, black night of quiloa is een mooie roman waarin Mugot doeltreffend onder woorden brengt hoe het is om te leven in een land dat schijnbaar nooit het jouwe zal zijn.
1 Reactie
Ik hoop toch zo dat ze een eind aan de nachtmerrie heeft gemaakt en gewoon terug is gegaan naar huis!